ECLI:NL:HR:2017:726

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 april 2017
Publicatiedatum
19 april 2017
Zaaknummer
16/04186
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal door twee of meer verenigde personen door middel van verbreking en bewijs medeplegen

Op 18 april 2017 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een cassatiezaak tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 8 december 2015. De zaak betreft diefstal door twee of meer verenigde personen door middel van verbreking. De verdachte, geboren in 1995, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen het eerdergenoemde arrest. Namens de verdachte heeft advocaat R.I. Takens een middel van cassatie voorgesteld, dat aan het arrest is gehecht. De Advocaat-Generaal P.C. Vegter heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft het middel beoordeeld en geconcludeerd dat het niet tot cassatie kan leiden. Dit behoeft geen nadere motivering, aangezien het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep op 18 april 2017 verworpen, en het arrest is uitgesproken ter openbare terechtzitting. De uitspraak is gedaan door vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, samen met raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en Y. Buruma, in aanwezigheid van waarnemend griffier L. Nuy.

Uitspraak

18 april 2017
Strafkamer
nr. S 16/04186
KD/EC
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 8 december 2015, nummer 22/002693-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1995.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft R.I. Takens, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal P.C. Vegter heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-presiden W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en Y. Buruma, in bijzijn van de waarnemend griffier L. Nuy, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
18 april 2017.