Uitspraak
Staatssecretaris van Financiëntegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 8 oktober 2015, nrs. 13/00777 tot en met 13/00799, op het hoger beroep van de Inspecteur, alsmede het incidentele hoger beroep van de
rechtsopvolger van [X10] B.V.(hierna: belanghebbende) tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord‑Holland (nrs. AWB 12/536 tot en met 12/544, 12/546 en 12/548 tot en met 12/557) betreffende (i) de ten aanzien van belanghebbende opgelegde navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting over het jaar 2005, de daarbij gegeven boetebeschikking en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente, (ii) de ten aanzien van belanghebbende opgelegde navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting over het jaar 2006, de daarbij gegeven boetebeschikking en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente, en (iii) de ten aanzien van belanghebbende opgelegde aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 2007, de daarbij gegeven boetebeschikking en de daarbij gegeven beschikking inzake heffingsrente. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.