ECLI:NL:HR:2017:482

Hoge Raad

Datum uitspraak
24 maart 2017
Publicatiedatum
22 maart 2017
Zaaknummer
16/01252
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurprijsherziening bij huur van bedrijfsterrein en de uitleg van contractuele afspraken

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 maart 2017 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Team Terminal B.V. en Esso Nederland B.V. als eiseressen en Havenbedrijf Rotterdam N.V. als verweerster. De zaak betreft een geschil over de uitleg van de overeengekomen wijze van huurprijsherziening in het kader van een huurcontract voor een bedrijfsterrein. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de kantonrechter te Rotterdam en een arrest van het gerechtshof Den Haag, waaruit blijkt dat de eiseressen beroep in cassatie hebben ingesteld tegen het arrest van het hof. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, en de Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten van de eiseressen niet tot cassatie kunnen leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt de eiseressen in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 3.056,34.

Uitspraak

24 maart 2017
Eerste Kamer
16/01252
TT/LZ
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. TEAM TERMINAL B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. ESSO NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Breda,
EISERESSEN tot cassatie,
advocaat: mr. J.W.H. van Wijk,
t e g e n
HAVENBEDRIJF ROTTERDAM N.V.,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. M. Ynzonides.
Eiseressen zullen hierna ook worden aangeduid als Team Terminal, Esso en gezamenlijk als Team Terminal c.s. en verweerder zal hierna ook worden aangeduid als het Havenbedrijf.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak 1334073 CV EXPL 12-16444 van de kantonrechter te Rotterdam van 18 juni 2012, 9 november 2012 en 6 juni 2014;
b. het arrest in de zaak 200.155.443/01 van het gerechtshof Den Haag van 1 december 2015.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof hebben Team Terminal c.s. beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Het Havenbedrijf heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor het Havenbedrijf mede door mr. L. van der Zwet, advocaat te Amsterdam.
De conclusie van de Advocaat-Generaal W.L. Valk strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van het Havenbedrijf heeft bij brief van 3 februari 2017 op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Team Terminal c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van het Havenbedrijf begroot op € 856,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.A. Streefkerk, als voorzitter, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak en T.H. Tanja-van den Broek, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
24 maart 2017.