Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
3 Beslissing
28 november 2017.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 28 november 2017 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van een verdachte die was veroordeeld voor het medeplegen van oplichting en bedrog met handelsnaam of handelsmerk. De verdachte had via marktplaats.nl namaak Iphones verkocht, wat in strijd is met artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) en artikel 337.1 onder a en b Sr. Het beroep in cassatie was ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat J.J.J. van Rijsbergen. De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken had geconcludeerd dat het cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard moest worden op basis van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van de verdachte geen behandeling in cassatie rechtvaardigden, omdat de verdachte klaarblijkelijk onvoldoende belang had bij het cassatieberoep en de klachten niet tot cassatie konden leiden. Daarom verklaarde de Hoge Raad het beroep niet-ontvankelijk. Deze uitspraak is gedaan in het kader van de samenhang met een andere zaak, genummerd 15/05495.