ECLI:NL:HR:2017:2973

Hoge Raad

Datum uitspraak
21 november 2017
Publicatiedatum
21 november 2017
Zaaknummer
16/01747
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over profijtontneming en ne bis in idem in strafrechtelijke context

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 november 2017 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure met zaaknummer 16/01747. De zaak betreft profijtontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepteelt. De betrokkene had eerder een (bestuurlijke) sanctie opgelegd gekregen en stelde dat de vervolging voor een strafbaar feit in strijd was met het ne bis in idem-beginsel, zoals vastgelegd in artikel 68 van het Wetboek van Strafrecht. De Hoge Raad oordeelde dat het middel niet tot cassatie kon leiden, omdat het niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt had geconcludeerd tot verwerping van het beroep, wat de Hoge Raad heeft overgenomen. De uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 17 februari 2016, waartegen het beroep in cassatie was ingesteld, werd daarmee bevestigd. De beslissing werd genomen door de vice-president W.A.M. van Schendel, samen met de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, en uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

21 november 2017
Strafkamer
nr. S 16/01747 P
AKA
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, van 17 februari 2016, nummer 21/001614-15, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:
[betrokkene], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1980.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Namens deze heeft R.J. Baumgardt, advocaat te Rotterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier A.C. ten Klooster, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
21 november 2017.