ECLI:NL:HR:2017:2623

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 oktober 2017
Publicatiedatum
13 oktober 2017
Zaaknummer
16/04907
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroepsaansprakelijkheid notaris en verjaringstermijn in cassatie

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 oktober 2017 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de ontwikkelingsmaatschappij Beagle Vastgoed XVII B.V. tegen meerdere verweersters. De zaak betreft een beroepsaansprakelijkheid van een notaris en de toepassing van de verjaringstermijn zoals vastgelegd in artikel 3:310 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Amsterdam en een arrest van het gerechtshof Amsterdam, waaruit blijkt dat de klachten van Beagle niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt Beagle in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 856,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar gedaan door de raadsheer T.H. Tanja-van den Broek.

Uitspraak

13 oktober 2017
Eerste Kamer
16/04907
RM/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ BEAGLE VASTGOED XVII B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. M.E. Bruning,
t e g e n
1. [verweerster 1], thans genaamd [A] N.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats],
2. [verweerster 2],
gevestigd te [vestigingsplaats],
3. [verweerster 3],
gevestigd te [vestigingsplaats],
4. [verweerster 4],
gevestigd te [vestigingsplaats],
5. [verweerster 5],
gevestigd te [vestigingsplaats],
6. [verweerster 6],
gevestigd te [vestigingsplaats]
7. [verweerster 7],
gevestigd te [vestigingsplaats],
8. [verweerster 8],
gevestigd te [vestigingsplaats],
9. [verweerder 9],
wonende te [woonplaats].
VERWEERDERS in cassatie,
advocaat: mr. R.L.M.M. Tan.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Beagle en - in enkelvoud - [verweerster].

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak C/13/561278 / HAZA 14/293 van de rechtbank Amsterdam van 2 juli 2014 en 21 januari 2015;
b. het arrest in de zaak 200.171.438/01 van het gerechtshof Amsterdam van 17 mei 2016.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft Beagle beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[verweerster] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor [verweerster] mede door mr. M. Ynzonides.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van Beagle heeft bij brief van 15 september 2017 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Beagle in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op € 856,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-presiden E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek en M.J. Kroeze, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer T.H. Tanja-van den Broek op
13 oktober 2017.