Uitspraak
gevestigd te Dordrecht,
gevestigd te [vestigingsplaats],
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van de middelen
4.Beslissing
13 oktober 2017.
Hoge Raad
In deze zaak heeft Dubbelveste B.V. beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag. Het hof had eerder op 3 mei 2016 een uitspraak gedaan in een geschil over de opleveringsplicht bij het einde van een huurcontract voor bedrijfsruimte. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de kantonrechter in Rotterdam en het arrest van het hof. De kern van het geschil betreft de vraag of er sprake was van een aan de huurder toerekenbare vertraging bij de oplevering van de gehuurde bedrijfsruimte en of er herstelkosten konden worden toegewezen wegens ondeugdelijke oplevering. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in de middelen niet tot cassatie kunnen leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep van Dubbelveste en veroordeelt haar in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerster zijn begroot op een totaal van € 8.790,34.