Uitspraak
wonende te [woonplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
- i) [eiseres] huurt sinds 1 februari 2004 van [verweerder] c.s. de woning aan de [a-straat 1] , derde en vierde verdieping, te [woonplaats] . In de op 1 februari 2004 gedagtekende huurovereenkomst zijn van toepassing verklaard de ‘Algemene bepalingen huurovereenkomst woonruimte’ (vastgesteld in juli 2003 en gedeponeerd bij de griffie van de rechtbank Den Haag onder nummer 74-2003) (hierna: algemene bepalingen). In de huurovereenkomst is vermeld dat [eiseres] per maand een bedrag van € 1.200,-- verschuldigd is aan huurprijs en vergoeding van servicekosten.
- ii) In de algemene bepalingen zijn onder meer de volgende bedingen opgenomen:
- iii) Tussen partijen is op initiatief van [eiseres] een procedure gevoerd over de hoogte van de huurprijs. Deze procedure heeft geleid tot een arrest van het hof Amsterdam van 30 augustus 2007 waarin de huurprijs per 1 augustus 2005 is verlaagd tot € 320,22 per maand en een voorschot servicekosten is bepaald ten bedrage van € 80,06 per maand.
- iv) [eiseres] heeft in het gehuurde, met uitzondering van de periode 2006 tot 2011, doorlopend een huisgenoot/onderhuurder gehad, die maandelijks een bedrag van € 600,-- (periode van 2004 tot 2005) dan wel € 590,-- (periode van 2011 tot 2014) aan [eiseres] heeft betaald.
4.Beslissing
8 september 2017.