ECLI:NL:HR:2016:568

Hoge Raad

Datum uitspraak
5 april 2016
Publicatiedatum
5 april 2016
Zaaknummer
15/02866
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toerekening van wederrechtelijk verkregen voordeel in het kader van profijtontneming

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 april 2016 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure met zaaknummer 15/02866. Het betreft een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, waarbij de betrokkene, geboren in 1975, in hoger beroep was gegaan tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing naar het Gerechtshof. De kern van de zaak draait om de vraag of het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel geheel aan de betrokkene moet worden toegerekend. De raadsman van de betrokkene betoogde dat slechts de helft van het voordeel aan hem moest worden toegerekend, omdat er sprake was van samenwerking met de inmiddels overleden A. Het Hof had echter geoordeeld dat het gehele voordeel aan de betrokkene moest worden toegerekend, maar dit oordeel werd door de Hoge Raad als ontoereikend gemotiveerd beschouwd. De Hoge Raad oordeelde dat het oordeel van het Hof niet begrijpelijk was, gezien de feiten en omstandigheden van de zaak. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak en wees de zaak terug naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden voor herbehandeling.

Uitspraak

5 april 2016
Strafkamer
nr. S 15/02866 P
EC/AJ
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 25 juni 2014, nummer 21/000266-12, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:
[betrokkene], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1975.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Namens deze heeft J.L.J. Leijendekker, advocaat te Wijk bij Duurstede, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het derde middel

2.1.
Het middel komt op tegen het oordeel van het Hof dat het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel geheel aan de betrokkene moet worden toegerekend.
2.2.
Op de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 18 en 19 is het middel terecht voorgesteld.
2.3.
Het middel slaagt.

3.Slotsom

Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven, de overige middelen geen bespreking behoeven en als volgt moet worden beslist.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en A.L.J. van Strien, in bijzijn van de waarnemend griffier A.C. ten Klooster, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
5 april 2016.