ECLI:NL:HR:2016:2813

Hoge Raad

Datum uitspraak
9 december 2016
Publicatiedatum
8 december 2016
Zaaknummer
16/05426
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van beroep in cassatie tegen uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbenden tegen een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, gedateerd 2 november 2016. Het betreft een verzoek om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er geen wettelijke bepalingen zijn die het mogelijk maken om beroep in cassatie in te stellen tegen uitspraken van de administratieve rechter in deze specifieke situatie. Dit betekent dat de Hoge Raad niet bevoegd is om het beroep in cassatie te behandelen. De Hoge Raad heeft daarom het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard.

Daarnaast heeft de Hoge Raad in de uitspraak aangegeven dat er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten. Dit houdt in dat de kosten die zijn gemaakt in het kader van deze procedure niet door een van de partijen vergoed hoeven te worden. De beslissing van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken op 9 december 2016, en de uitspraak is gedaan door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, samen met de raadsheren Th. Groeneveld en J. Wortel, in aanwezigheid van de waarnemend griffier F. Treuren.

Uitspraak

9 december 2016
Nr. 16/05426
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van
[X1]te
[Z]en
[X2]te
[Z](hierna: belanghebbenden) tegen de uitspraak van de
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van Statevan 2 november 2016, nr. 201600964/1/A3, betreffende een door belanghebbenden gedaan verzoek om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur.

1.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

Ingevolge artikel 78, lid 4, van de Wet op de rechterlijke organisatie neemt de Hoge Raad enkel kennis van het beroep in cassatie tegen uitspraken van de administratieve rechter voor zover dit bij wet is bepaald. Er is geen wettelijke bepaling die beroep in cassatie openstelt tegen een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State als de onderhavige. Het beroep in cassatie dient derhalve niet‑ontvankelijk te worden verklaard.

2.Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 9 december 2016.