ECLI:NL:HR:2015:940

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 april 2015
Publicatiedatum
14 april 2015
Zaaknummer
13/06358
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen arrest Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden inzake strafzaak

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, dat op 11 december 2013 is gewezen in de strafzaak met nummer 21/005247-12. De verdachte, geboren in 1984, heeft het beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. R.J. Baumgardt, die een middel van cassatie heeft voorgesteld. De schriftuur van het cassatieberoep is aan het arrest gehecht en maakt daar deel van uit. De Advocaat-Generaal, F.W. Bleichrodt, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, wat betekent dat hij van mening is dat het cassatieberoep niet gegrond is.

De Hoge Raad heeft het middel beoordeeld en geconcludeerd dat het niet tot cassatie kan leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat stelt dat een middel geen nadere motivering behoeft als het niet leidt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad van mening is dat de zaak niet voldoende juridische vragen oproept die een nadere behandeling vereisen.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad op 14 april 2015 het beroep verworpen. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren N. Jörg en V. van den Brink, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting. De waarnemend griffier E. Schnetz was ook aanwezig bij deze uitspraak.

Uitspraak

14 april 2015
Strafkamer
nr. 13/06358
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 11 december 2013, nummer 21/005247-12, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1984.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. R.J. Baumgardt, advocaat te Spijkenisse, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren N. Jörg en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
14 april 2015.