Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Waar het in deze zaak over gaat
[klaagster 1] doet waarschijnlijk een gift of heeft dat gedaan of verleent een dienst of heeft deze verleend aan [betrokkene 1] , door het drukwerk en digitale formulier(en) van de [A] of [B] te betalen voor [betrokkene 1] , met het oogmerk haar te bewegen iets in strijd met haar ambtsbediening te doen of na te laten of dat deze gift het gevolg is van haar handelen in strijd met haar plicht. [klaagster 1] , c.q. de medewerker [betrokkene 2] en/of [klager 4] van dit advocatenkantoor, hebben opzettelijk goederen verworven waarvan zij wisten of redelijkerwijs hadden moeten weten dat zij deze goederen door misdrijf verkregen hadden en zij daar een beroep of gewoonte van maken.
In het mailverkeer tussen [klaagster 1] en [betrokkene 1] werden berichten gezien die zouden duiden op het bestellen van drukwerk door het advocatenkantoor ten behoeve van de [A] .
(...)
Categorie 'A': e-mails, brieven, facturen, notities en processen-verbaal met gegevens van letselschadecliënten, die niet zijn aan te merken als "corpora et instrumenta delicti". Deze documenten vallen onder het verschoningsrecht: het zijn (proces)stukken in een individuele zaak, die betrekking hebben op een cliënt.
Categorie 'C': gegevens met betrekking tot [betrokkene 1] c.q. de [A] (...). [betrokkene 1] was cliënte van klagers. Zij hebben [betrokkene 1] bijgestaan bij het oprichten van de [A] . Dit betrof diverse adviezen en werkzaamheden. Stukken en correspondentie betreffende deze werkzaamheden vallen per definitie onder het verschoningsrecht."
3.Beoordeling van het derde middel
4.Beoordeling van het tweede middel
5.Beoordeling van de overige middelen
6.Beslissing
10 november 2015.