Uitspraak
[X] B.V.te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 13 november 2014, nr. 02/04473, betreffende de ten aanzien van belanghebbende gegeven beschikking op een verzoek om terugbetaling van douanerechten.
Hoge Raad
In deze zaak heeft [X] B.V. beroep in cassatie ingesteld tegen een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 13 november 2014, met nummer 02/04473. De zaak betreft een verzoek om terugbetaling van douanerechten dat aan de belanghebbende was geweigerd. De belanghebbende heeft verschillende middelen voorgesteld in het cassatieberoep. De Staatssecretaris van Financiën heeft hierop gereageerd met een verweerschrift, waarna de belanghebbende een conclusie van repliek heeft ingediend. De Staatssecretaris heeft vervolgens een conclusie van dupliek ingediend. De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze falen, verwijzend naar de overwegingen in een eerder uitgesproken arrest in de zaak met nummer 14/06375, waarin dezelfde partijen betrokken waren. De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond verklaard, wat betekent dat de uitspraak van het Gerechtshof in stand blijft. Dit arrest is openbaar uitgesproken op 6 november 2015.