ECLI:NL:HR:2015:2484

Hoge Raad

Datum uitspraak
8 september 2015
Publicatiedatum
10 september 2015
Zaaknummer
14/02974
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Falende bewijsklacht schuldheling in cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam, waarbij de verdachte is veroordeeld voor schuldheling. De Hoge Raad heeft op 8 september 2015 uitspraak gedaan in deze zaak, met zaaknummer 14/02974. De verdachte, geboren in 1966, had op 3 november 2011 te Amsterdam een fiets van het merk Gazelle, type Davos, voorhanden. De bewezenverklaring steunde op verschillende bewijsmiddelen, waaronder proces-verbaal van de opsporingsambtenaren die de verdachte op heterdaad hebben betrapt met de fiets. De verdachte had de fiets gekocht voor € 60,-, terwijl de dagwaarde op € 300,- was geschat. De Hoge Raad oordeelde dat het oordeel van het hof, dat de fiets van diefstal afkomstig moest zijn, niet onbegrijpelijk was. De Hoge Raad verwierp het beroep van de verdachte, waarmee de eerdere veroordeling in stand bleef. De conclusie van de Advocaat-Generaal was dat het bestreden arrest vernietigd moest worden en de zaak terugverwezen naar het Gerechtshof, maar de Hoge Raad volgde deze conclusie niet.

Uitspraak

8 september 2015
Strafkamer
nr. S 14/02974
CB/IC
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 21 mei 2014, nummer 23/002271-13, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1966.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. S. Aytemür, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.
2. Beoordeling van de middelen
2.1.
De middelen die zich lenen voor gezamenlijke bespreking klagen over de motivering van de bewezenverklaring voor zover het betreft het onderdeel "door misdrijf verkregen".
2.2.
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard:
"dat hij op 3 november 2011 te Amsterdam een fiets, Gazelle, type Davos, voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die fiets redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof."
2.3.
Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een proces-verbaal met nummer 2011283471-1 van 14 november 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 1] (doorgenummerde pagina's I-III). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als mededeling van de verbalisant:
Op 3 november 2011 te Amsterdam, Mr Visserplein, zagen collega's een persoon die later bleek te zijn genaamd [verdachte], geboren op [geboortedatum] 1966 te [geboorteplaats], die op dat moment een fiets met zich mee voerde, die de uiterlijke kenmerken had van een fiets die van diefstal afkomstig is. Het framenummer van de fiets was weggevijld. Op 22 november 2011 heb ik bij fietsenhandel Bikes & Boards een waardebepaling laten opmaken door A.F. Kroonenberg. Deze heeft de dagwaarde van de fiets bepaald op € 300,-.
2. Een proces-verbaal met nummer PL136D 2011283471-2 van 18 november 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 2] (doorgenummerde pagina's 1 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als mededeling van de verbalisant:
Op 3 november 2011 hield ik, verbalisant, te Amsterdam op het Mr. Visserplein te 21.00 uur [verdachte], geboren op [geboortedatum] 1966 te [geboorteplaats] als verdachte aan. Ik zag dat [verdachte] mij tegemoet kwam fietsen. Ik zag dat de fiets, merk Gazelle, geen goed werkend veiligheidsslot had. Ik zag dat ter hoogte waar het veiligheidsslot zou moeten zitten, schade op het frame zichtbaar was. Ik zag tevens dat het framenummer van de fiets was weggevijld. De fiets is in beslag genomen. Uit bovenstaande bevindingen is mij ambtshalve bekend dat fietsen met een dergelijke schade veelal van diefstal afkomstig zijn.
3. Een proces-verbaal met nummer 2011283471-14 van 4 november 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] (doorgenummerde pagina's 7-10). Dit proces-verbaal houdt in, als de op bovengenoemde datum tegenover de verbalisant afgelegde verklaring van de verdachte:
Gisteren (het hof begrijpt: 3 november 2011) ben ik aangehouden (het hof begrijpt: op het Mr. Visserplein te Amsterdam). Ik was in het bezit van een fiets, die ik van een Surinaamse man op straat, op de Wibautstraat (het hof begrijpt: te Amsterdam) had gekocht voor € 60,-.
4. Een verslag van een deskundige, A.F. Kroonenberg, werkzaam bij Dikes & Boards, IJzersterk in fietsen, Beukenweg 33 te Amsterdam, opgemaakt betreffende de waarde van de onderhavige, onder verdachte [verdachte] in beslag genomen fiets (doorgenummerde pagina 23). Dit verslag houdt in, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Fiets, merk Gazelle, type Davos. Framenummer niet zichtbaar, bouwjaar fiets: onbekend. Nieuwwaarde fiets € 749,-, huidige waarde fiets € 300,-. Staat van de fiets: redelijk. Handtekening: onleesbaar, blokletters A.F. Kroonenberg."
2.4. '
s Hofs kennelijke oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat de desbetreffende fiets van diefstal afkomstig is, is - in aanmerking genomen dat de gebezigde bewijsmiddelen onder meer inhouden dat de desbetreffende fiets geen goed werkend veiligheidsslot had, schade op het frame zichtbaar was ter hoogte van waar het veiligheidsslot zou moeten zitten en het framenummer was weggevijld, terwijl de verdachte de op een dagwaarde van € 300,- geschatte fiets op straat zegt te hebben gekocht voor € 60,- - niet onbegrijpelijk.
2.5.
De middelen falen.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en Y. Buruma, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
8 september 2015.