Uitspraak
1.De uitspraak waarvan herziening is gevraagd
2.De procedure tot herziening
3.Beoordeling van de aanvragen
4.Beslissing
2 december 2014.
Hoge Raad
In deze zaak, die bekend staat als de 'showbizzmoord', heeft de Hoge Raad op 2 december 2014 een tussenarrest gewezen in het kader van een herzieningsaanvraag. De betrokkene, geboren in 1959, had eerder een gevangenisstraf van twee jaar opgelegd gekregen voor doodslag, met een terbeschikkingstelling aan de regering. De aanvragen tot herziening zijn ingediend door de Advocaat-Generaal Aben en de raadslieden van de betrokkene, mr. G.G.J. Knoops en mr. L. Vosman. De kern van de herzieningsaanvraag is de ernstige twijfel over de betrouwbaarheid van de bekentenissen die de betrokkene destijds heeft afgelegd. De Hoge Raad oordeelt dat nader onderzoek noodzakelijk is voordat een definitieve beslissing kan worden genomen. Dit onderzoek moet zich richten op de geestesgesteldheid van de betrokkene ten tijde van het misdrijf en de daaropvolgende rechtsgang. De Hoge Raad vraagt zich af of de betrokkene lijdende was aan een ziekelijke stoornis of gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens, en of dit van invloed was op zijn gedragskeuzes en gedragingen. Het onderzoek is opgedragen aan raadsheer mr. N. Jörg, die tot raadsheer-commissaris is benoemd. De Hoge Raad houdt verdere beslissingen aan totdat het onderzoek is afgerond.