Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een proces-verbaal van aangifte, pagina's 18 tot en met 21, zakelijk weergegeven inhoudende:
Als verklaring van [betrokkene 1], wonende te [woonplaats]:
Hierbij doe ik aangifte tegen [verdachte], wonende te [woonplaats]. [verdachte] is werkzaam bij [A]. Hij kon ons op een voordelige wijze badkameraccessoires leveren. [verdachte] heeft op 19 juni 2003 een offerte gemaakt. Op de offerte staan de te leveren goederen vermeld. Tevens hebben wij een buis besteld die niet op de offerte vermeld staat. In totaal hebben wij 4.917,47 euro betaald aan [verdachte], inclusief provisie. Het geld hebben we in gedeelten betaald. We hebben een aanbetaling gedaan. Dat bedrag moest [verdachte] aan [A] betalen zodat de door ons bij [verdachte] bestelde goederen bij [A] besteld konden worden. Op 29 augustus 2003 werd door [verdachte] aan ons een aantal bestelde goederen geleverd. De totale waarde van deze goederen is 783,88 euro. Op 1 september 2003 zouden de overige goederen bij ons thuis worden afgeleverd. Mijn vader is met [verdachte] naar de dependance van [A] in Drachten gegaan, waar onze spullen zouden staan. De spullen waren niet binnengekomen. Op maandag 8 september 2003 ben ik bij de dependance van de [A] geweest. Toen bleek dat de door ons bestelde goederen wel door [verdachte] waren besteld, maar dat [verdachte] geen aanbetaling aan het bedrijf had gedaan. In totaal zijn we voor een bedrag van 4133,59 euro door [verdachte] benadeeld.
2. Een proces-verbaal van verhoor, pagina's 22 tot en met 24, zakelijk weergegeven inhoudende:
Als verklaring van verdachte:
Het klopt dat ik bij [betrokkene 1] en haar man [betrokkene 2] een badkamer zou leveren. Deze afspraak maakte ik in juni 2003. Ze bestelden via mij bij de [A] een badcombinatie, een douchecombinatie en een wastafelcombinatie. Het kan wel kloppen dat het een totaalbedrag was van rond de 4000 euro. Hierbij zat provisie. [betrokkene 1] en [betrokkene 2] hebben gelijk een aanbetaling gedaan. Verder is de betaling in gedeelten gedaan. Zodra het bestelde materiaal bij de [A] binnen was, zou ik het aan hen doorgeven. [A] had geld van mijn loon ingehouden voor de bestelde goederen. Van het geld van [betrokkene 1] en [betrokkene 2] heb ik 1800 euro aan mijn vriendin gegeven. De rest van dit geld heb ik besteed voor kleding, de kroeg en voor drugs. Ik schat dat ik rond de 1200 euro op deze wijze heb uitgegeven. Buiten het bedrag dat van mijn loon is ingehouden heb ik [A] niets betaald. [A] heeft niet geleverd omdat er niet door mij was betaald, althans te weinig. Op 18 september 2003 ben ik ontslagen bij de [A]."