ECLI:NL:HR:2014:3309

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 november 2014
Publicatiedatum
18 november 2014
Zaaknummer
13/06081
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen niet-ontvankelijk verklaring verdachte in hoger beroep

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van een verdachte tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gedateerd 20 september 2013. De verdachte, geboren in 1975, was niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep. De advocaat van de verdachte, mr. J.M. Stad, heeft middelen van cassatie voorgesteld, die zijn opgenomen in de aan het arrest gehechte schriftuur. De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch voor een nieuwe behandeling.

De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat het middel, dat klaagt over de niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep, terecht is voorgesteld. De gronden die in de conclusie van de Advocaat-Generaal zijn vermeld, zijn door de Hoge Raad overgenomen. Dit leidde tot de conclusie dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven. Het tweede middel behoeft geen bespreking, omdat de Hoge Raad heeft besloten de bestreden uitspraak te vernietigen.

De beslissing van de Hoge Raad is op 18 november 2014 uitgesproken. De zaak is terugverwezen naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, waar de zaak opnieuw zal worden berecht en afgedaan. Dit arrest is gewezen door de raadsheer H.A.G. Splinter-van Kan als voorzitter, samen met de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, in aanwezigheid van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg.

Uitspraak

18 november 2014
Strafkamer
nr. S 13/06081
BKL
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 20 september 2013, nummer 20/000126-13, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1975.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. J.M. Stad, advocaat te Boxmeer, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, teneinde op het bestaande beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2 Beoordeling van het eerste middel

2.1.
Het middel klaagt dat het Hof de verdachte ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard in het hoger beroep.
2.2.
Op de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal is het middel terecht voorgesteld.

3.Slotsom

Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven, het tweede middel geen bespreking behoeft en als volgt moet worden beslist.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer H.A.G. Splinter-van Kan als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
18 november 2014.