ECLI:NL:HR:2014:3074

Hoge Raad

Datum uitspraak
31 oktober 2014
Publicatiedatum
30 oktober 2014
Zaaknummer
14/00116
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen beschikking inzake ruilverkaveling en belangenafweging

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een beschikking van de rechtbank Overijssel, die betrekking heeft op een ruilverkaveling volgens artikel 52 van de Wet inrichting landelijk gebied. De verzoekers, bestaande uit vier natuurlijke personen en rechtspersonen, hebben beroep in cassatie ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank, die op 19 september 2013 is gegeven. De Hoge Raad verwijst naar deze beschikking voor het verloop van het geding in feitelijke instantie.

De uitvoeringscommissie, die als verweerder in cassatie optreedt, heeft verzocht om het cassatieberoep te verwerpen. De conclusie van de Advocaat-Generaal G.R.B. van Peursem strekt eveneens tot verwerping van het beroep. De advocaat van de verzoekers heeft gereageerd op deze conclusie, maar de Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in het middel zijn aangevoerd niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat bepaalt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad besluit uiteindelijk om het beroep te verwerpen en veroordeelt de verzoekers in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de uitvoeringscommissie zijn begroot op € 815,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris. Deze beschikking is gegeven op 31 oktober 2014 en openbaar uitgesproken door raadsheer G. de Groot.

Uitspraak

31 oktober 2014
Eerste Kamer
14/00116
LZ/JG
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
1. [verzoekster 1],
gevestigd te [plaats],
2. [verzoekster 2],
gevestigd te [plaats],
3. [verzoeker 3],
wonende te [plaats],
4. [verzoeker 4],
wonende te [plaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaten: mr. J.A.M.A. Sluysmans en
mr. R.L. de Graaff,
t e g e n
UITVOERINGSCOMMISSIE ENTER,
gevestigd te Zwolle,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaten: mr. M.W. Scheltema en
mr. R.T. Wiegerink.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] c.s. en de uitvoeringscommissie.

1.Het geding in feitelijke instantie

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak C/07/205837/HA RK 13-8 van de rechtbank Overijssel van 19 september 2013.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen de beschikking van de rechtbank hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De uitvoeringscommissie heeft verzocht het cassatieberoep te verwerpen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal G.R.B. van Peursem strekt tot verwerping.
De advocaat van [verzoeker] c.s. heeft bij brief van 3 oktober 2014 op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [verzoeker] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Uitvoeringscommissie begroot op € 815,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president F.B. Bakels als voorzitter en de raadsheren G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak en T.H. Tanja-van den Broek, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
31 oktober 2014.