Uitspraak
gevestigd te Eindhoven,
gevestigd te Assen,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
5 september 2014.
Hoge Raad
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om de aansprakelijkheid van een professioneel adviseur, BDO Corporate Finance B.V., voor ondeugdelijke advisering. De zaak is ontstaan uit een geschil tussen BDO en Shipcon Shipping B.V. over de zorgplicht van de adviseur en de waarschuwingsplicht met betrekking tot de risico's verbonden aan een financieringsconstructie. De Hoge Raad heeft op 5 september 2014 uitspraak gedaan in deze cassatieprocedure, waarbij het beroep van BDO tegen een eerder arrest van het gerechtshof Amsterdam werd verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van BDO niet tot cassatie konden leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft BDO bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 3.018,34. Dit arrest is gewezen door een samenstelling van de Hoge Raad, onder leiding van vice-president E.J. Numann, en is openbaar uitgesproken door raadsheer G. de Groot.