Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van het derde middel
3.Beoordeling van de overige middelen
4.Beslissing
4 februari 2014.
Hoge Raad
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, waarbij de verdachte is veroordeeld voor wederspannigheid en overtreding van de Algemene Plaatselijke Verordening. De Hoge Raad heeft op 4 februari 2014 uitspraak gedaan in deze zaak, met zaaknummer 12/03020. De verdachte, geboren in 1991, was op 21 november 2010 in Hendrik-Ido-Ambacht betrokken bij een incident waarbij hij zich met geweld verzette tegen politieambtenaren die hem op heterdaad aanhielden. Het Hof had de verdachte een werkstraf van 60 uren opgelegd, maar de Hoge Raad oordeelt dat het Hof voor de bewezen feiten, op basis van artikel 62 van het Wetboek van Strafrecht, twee afzonderlijke straffen had moeten opleggen in plaats van één. De Hoge Raad leest de uitspraak van het Hof verbeterd, waardoor de opgelegde straffen worden aangepast naar veertig uren werkstraf voor het eerste feit en twintig uren werkstraf voor het tweede feit, met de bijbehorende vervangende hechtenis. De overige middelen van cassatie worden verworpen, omdat deze niet leiden tot cassatie. De uitspraak van de Hoge Raad is definitief en verwerpt het beroep van de verdachte.