Uitspraak
gevestigd te Woerden,
wonende te [woonplaats], Australië,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
12 juli 2013.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 juli 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de Stichting Evangeliegemeente De Weg tegen een verweerster die in Australië woont. De zaak betreft een geschil over huur en geldlening, waarbij de eiseres zich beroept op dwaling, verrekening en ongerechtvaardigde verrijking. De Hoge Raad verwijst naar eerdere arresten van het gerechtshof te Amsterdam en vonnissen van de rechtbank Utrecht, die aan deze zaak ten grondslag liggen. De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet gegrond bevonden. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden, omdat zij geen rechtsvragen oproepen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiseres veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerster zijn begroot op € 361,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken door raadsheer M.A. Loth.