ECLI:NL:HR:2013:CA3157
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over kinderalimentatie en echtscheiding met betrekking tot onbegrijpelijke motivering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 juni 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende een echtscheiding en de daarbij behorende kinderalimentatie. De partijen, een vrouw en een man, zijn in 1992 in Zwitserland in gemeenschap van goederen gehuwd en hebben vier minderjarige kinderen. De man heeft de rechtbank verzocht om de echtscheiding uit te spreken, terwijl de vrouw een zelfstandig verzoek heeft ingediend voor nevenvoorzieningen, waaronder een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen. De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en bepaald dat de man CHF 1.292 netto per maand per kind moet betalen voor de verzorging en opvoeding.
De vrouw heeft echter beroep in cassatie ingesteld, omdat zij van mening was dat de rechtbank een vergissing had gemaakt in de berekening van de consumptieve bestedingen. De rechtbank had ten onrechte uitgegaan van CHF 185.000 per jaar, terwijl dit bedrag in euro's moest worden weergegeven. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, maar de vrouw was van mening dat het hof deze vergissing over het hoofd had gezien en dat de bijdrage te laag was vastgesteld.
De Hoge Raad heeft de klachten van de vrouw in cassatie verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de beslissing van het hof niet onbegrijpelijk was, omdat het hof zelfstandig de behoefte van de kinderen had bepaald en daarbij rekening had gehouden met de kosten van de kinderen. De Hoge Raad concludeerde dat de beslissing van het hof niet berustte op de vermeende vergissing van de rechtbank en dat de bijdrage van CHF 1.292 netto per maand per kind terecht was gehandhaafd. De Hoge Raad heeft het principale beroep in cassatie verworpen.