ECLI:NL:HR:2013:BZ9961

Hoge Raad

Datum uitspraak
12 juli 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
12/00394
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over nakoming vaststellingsovereenkomst en inspanningsverplichting voor bouwvergunningen

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, hebben de eisers, T.S. Agro c.s., beroep in cassatie ingesteld tegen de arresten van het gerechtshof. De zaak betreft de nakoming van een vaststellingsovereenkomst met de Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht en de vraag of er een inspanningsverplichting bestaat voor het verlenen van bouwvergunningen. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Dordrecht en arresten van het gerechtshof te ’s-Gravenhage, die relevant zijn voor de beoordeling van de zaak. De eisers hebben hun standpunt toegelicht door hun advocaat en een advocaat bij de Hoge Raad, terwijl de Gemeente werd bijgestaan door haar advocaten.

De Hoge Raad heeft de klachten van de eisers beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de eerdere uitspraken van de lagere rechters in stand houdt.

In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep van T.S. Agro c.s. verworpen en hen veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Gemeente zijn begroot op een totaal van € 2.981,34. Dit arrest is uitgesproken op 12 juli 2013 en is openbaar gemaakt door raadsheer M.A. Loth.

Uitspraak

12 juli 2013
Eerste Kamer
nr. 12/00394
LZ/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. T.S. AGRO BEHEER B.V.,
gevestigd te Zwijndrecht,
2. T.S. AGRO ONROEREND GOED B.V., in liquidatie,
gevestigd te Hendrik-Ido-Ambacht,
3. T.S. AGRO PRODUCTS IM- EXPORT B.V.,
gevestigd te Hendrik-Ido-Ambacht,
4. [eiser 4],
wonende te [woonplaats],
EISERS tot cassatie,
advocaat: aanvankelijk mr. P.A. Ruig, thans mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk,
t e g e n
DE GEMEENTE HENDRIK-IDO-AMBACHT,
zetelende te Hendrik-Ido-Ambacht,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaten: mr. L. Kelkensberg en mr. T. Raats.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als T.S. Agro c.s. en de Gemeente.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
de vonnissen in de zaak 70685/HA ZA 07-2388 van de rechtbank Dordrecht van 5 september 2007, 14 november 2007 en 16 april 2008;
de arresten in de zaak 200.007.324/01 van het gerechtshof te ’s-Gravenhage van 2 september 2008, 17 augustus 2010 en 27 september 2011.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen de arresten van het hof van 17 augustus 2010 en 27 september 2011 hebben T.S. Agro c.s. beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Gemeente heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor T.S. Agro c.s. toegelicht door hun advocaat, alsmede door mr. J.W.A. Biemans, advocaat bij de Hoge Raad, en voor de Gemeente door haar advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het beroep.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt T.S. Agro c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Gemeente begroot op € 781,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.E. Drion en G. de Groot, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.A. Loth op
12 juli 2013.