ECLI:NL:HR:2013:BZ2898
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en Kinderalimentatie: Onbegrijpelijkheid Draagkrachtvergelijking
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, betreft het een echtscheiding tussen de man en de vrouw, die in 1992 met elkaar zijn getrouwd en twee kinderen hebben. De rechtbank heeft op 22 september 2011 de echtscheiding uitgesproken. De zoon woont bij de man en de dochter bij de vrouw. De man heeft cassatie ingesteld tegen de beschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage, die de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen heeft vastgesteld. De man was van mening dat het hof bij de berekening van zijn draagkracht geen rekening had gehouden met de kosten van de verzorging en opvoeding van de zoon, die bij hem woont. De Hoge Raad heeft de beschikking van het hof vernietigd, omdat het hof de kosten van de zoon niet in aanmerking had genomen bij de bepaling van de bijdrage die de man aan de vrouw moest betalen voor de verzorging van de dochter. De Hoge Raad oordeelt dat het hof heeft miskend dat partijen het erover eens waren dat deze kosten wel in de berekening moesten worden meegenomen. De zaak is terugverwezen naar het gerechtshof Amsterdam voor verdere behandeling en beslissing.