ECLI:NL:HR:2013:BY9086
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Toewijsbaarheid van buitengerechtelijke kosten bij gedeeltelijke toewijzing van een vordering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 april 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen MultiQuest N.V. en Fricorp B.V. en andere verweersters. MultiQuest had een vordering ingesteld voor een bedrag van € 4.198.844,68, waarvan het gerechtshof te 's-Gravenhage slechts een bedrag van € 282.160,77 had toegewezen. MultiQuest stelde dat de door haar gevorderde buitengerechtelijke kosten niet redelijk waren afgewezen door het hof, omdat deze kosten waren gemaakt in het kader van de invordering van een veel hoger bedrag. De Hoge Raad oordeelde dat de enkele omstandigheid dat slechts een klein gedeelte van de vordering was toegewezen, niet automatisch betekent dat alle gevorderde kosten onredelijk zijn. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het hof, maar alleen voor zover het de beslissing over de buitengerechtelijke kosten betreft, en verwees de zaak terug naar het gerechtshof Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep voor het overige en veroordeelt MultiQuest in de kosten van het geding in cassatie. Fricorp c.s. worden ook veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, maar hun incidentele beroep wordt verworpen. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige afweging van buitengerechtelijke kosten in verhouding tot de toegewezen vordering.