ECLI:NL:HR:2013:BY4352
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Toepasselijkheid van Italiaans huwelijksvermogensrecht en rechtskeuze in internationaal privaatrecht
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om de vraag of het Italiaans huwelijksvermogensrecht van toepassing is op de echtscheiding van een man en vrouw die in Italië zijn getrouwd. De man, die de Franse nationaliteit heeft, en de vrouw, die de Italiaanse nationaliteit heeft, zijn op 3 januari 1998 te Castelbuono (Italië) getrouwd. Na hun huwelijk hebben zij in Nederland gewoond. De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en bepaald dat het regime van scheiding van goederen van het Italiaanse recht geldt, op basis van een geldige rechtskeuze volgens het Haagse Huwelijksvermogensverdrag 1978. Het gerechtshof heeft deze beslissing echter vernietigd en bepaald dat het Nederlandse recht van toepassing is op het huwelijksvermogensregime, omdat de partijen niet voldoende zijn voorgelicht over de rechtsgevolgen van hun keuze voor huwelijkse voorwaarden conform het Italiaanse recht.
De Hoge Raad heeft de beschikking van het gerechtshof vernietigd en het geding verwezen naar het gerechtshof Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelt dat de aanwijzing van het toepasselijke recht uitdrukkelijk moet zijn overeengekomen of ondubbelzinnig moet voortvloeien uit huwelijkse voorwaarden. In deze zaak is niet aangetoond dat er sprake is van een ondubbelzinnige aanwijzing van het toepasselijke recht door partijen. De Hoge Raad benadrukt dat de voorwaarden voor wilsovereenstemming inzake het recht dat als toepasselijk wordt aangewezen, door dat recht zelf worden bepaald. Dit betekent dat de feiten en omstandigheden die door het hof zijn genoemd, niet relevant zijn voor de beoordeling van de rechtskeuze.
De uitspraak van de Hoge Raad heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van het internationaal privaatrecht en de rechtskeuze in huwelijksvermogensregimes, vooral in gevallen waarin partijen uit verschillende landen komen en in een ander land wonen. De beslissing benadrukt het belang van duidelijke en ondubbelzinnige afspraken over het toepasselijke recht in huwelijkse voorwaarden.