ECLI:NL:HR:2013:BY0543
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige overheidsdaad door gemeente bij aanbestedingsrecht en staatssteun
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 januari 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over een onrechtmatige overheidsdaad door de gemeente Maastricht. De eiseres, P1 HOLDING B.V., stelde dat de gemeente in strijd met de regels van het aanbestedingsrecht had gehandeld door een overeenkomst voor de exploitatie van parkeerterreinen onderhands aan Q-Park te gunnen. De rechtbank had de vorderingen van P1 afgewezen, waarna P1 in cassatie ging. De Hoge Raad oordeelde dat de Overeenkomst van 2003 tussen de gemeente en Q-Park niet onder de aanbestedingsplicht viel, omdat deze als een concessieovereenkomst voor diensten werd gekwalificeerd die niet onder Richtlijn 92/50/EEG viel. Het hof had geoordeeld dat P1 onvoldoende had onderbouwd dat er sprake was van een grensoverschrijdend belang bij de overeenkomst, wat de transparantieverplichting niet in werking stelde. Daarnaast werd de vraag of de overeenkomst staatssteun inhield, behandeld. Het hof oordeelde dat er geen aanwijzingen waren dat de oude huurovereenkomsten staatssteun bevatten en dat de nieuwe overeenkomst in 2003 een zelfstandig te beoordelen situatie vormde. De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het hof en verwierp het beroep van P1, waarbij de kosten van het geding in cassatie voor P1 werden vastgesteld. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor gemeenten om bij het aangaan van overeenkomsten de regels van aanbestedingsrecht en staatssteun in acht te nemen, en dat tijdsverloop alleen niet voldoende is voor een beroep op rechtsverwerking.