ECLI:NL:HR:2013:820

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 oktober 2013
Publicatiedatum
1 oktober 2013
Zaaknummer
11/04479
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatieberoep tegen arrest Gerechtshof Arnhem

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van de verdachte tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, gedateerd 23 september 2011, met nummer 21/002929-10. De verdachte, geboren in 1975, heeft het beroep ingesteld via zijn advocaten, mr. G.A. Jansen en mr. Th.O.M. Dieben, beiden werkzaam in Amsterdam. In de schriftelijke middelen van cassatie die aan het arrest zijn gehecht, zijn verschillende argumenten naar voren gebracht ter ondersteuning van het beroep.

De waarnemend Advocaat-Generaal, N. Jörg, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, wat betekent dat hij van mening is dat de argumenten van de verdachte niet voldoende zijn om het eerdere oordeel van het Gerechtshof te herzien. De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat stelt dat geen nadere motivering nodig is wanneer de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad op 1 oktober 2013 het beroep verworpen. Dit arrest is uitgesproken door de vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en J. de Hullu, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz, tijdens een openbare terechtzitting.

Uitspraak

1 oktober 2013
Strafkamer
nr. 11/04479
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 23 september 2011, nummer 21/002929-10, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1975.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben mr. G.A. Jansen en mr. Th.O.M. Dieben, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De waarnemend Advocaat-Generaal N. Jörg heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en J. de Hullu, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
1 oktober 2013.