ECLI:NL:HR:2013:455

Hoge Raad

Datum uitspraak
9 augustus 2013
Publicatiedatum
8 augustus 2013
Zaaknummer
13/00682
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • J.A.C.A. Overgaauw
  • D.G. van Vliet
  • L.F. van Kalmthout
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het beroep in cassatie wegens niet-betaling griffierecht

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 augustus 2013 uitspraak gedaan over het beroep in cassatie van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland. Het beroep betreft een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting voor het tijdvak van 30 september 2011 tot en met 29 december 2011. De Hoge Raad heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat belanghebbende het verschuldigde griffierecht niet tijdig heeft betaald.

De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende op 18 maart 2013 per aangetekende brief gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en een termijn van vier weken gesteld. Aangezien het griffierecht niet is voldaan, heeft de griffier op 23 april 2013 belanghebbende de gelegenheid gegeven om te verklaren waarom de betaling niet tijdig heeft plaatsgevonden. Deze brief is echter wegens onbestelbaarheid teruggezonden, waarna adresverificatie heeft plaatsgevonden en het stuk opnieuw is verzonden. Belanghebbende heeft hierop niet gereageerd.

Op basis van artikel 8:41, lid 6, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het beroep in cassatie niet-ontvankelijk moet worden verklaard. De Hoge Raad heeft geen termen gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 9 augustus 2013.

Uitspraak

Hoge Raad der Nederlanden
Derde Kamer
Nr. 13/00682
9 augustus 2013
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van
[X]te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de
Rechtbank Noord-Hollandvan 3 januari 2013, nr. AWB 12/1996, betreffende de aan belanghebbende over het tijdvak 30 september 2011 tot en met 29 december 2011 opgelegde naheffingsaanslag in de motorrijtuigen-belasting, nummer [001].

1.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij aangetekende brief van 18 maart 2013, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgehaald op de afhaallocatie, gewezen op de verschuldigdheid van griffierecht en voor de betaling een termijn van vier weken gesteld. Het griffierecht is niet voldaan.
De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij brief van 23 april 2013 in de gelegenheid gesteld mee te delen waarom het griffierecht niet tijdig is betaald. Deze brief is wegens onbestelbaarheid teruggezonden aan de Hoge Raad, waarna adresverificatie heeft plaatsgevonden en het stuk bij gewone brief is verzonden naar het adres van belanghebbende. Belanghebbende heeft niet gereageerd.
Het beroep in cassatie moet op grond van artikel 8:41, lid 6, Awb derhalve niet-ontvankelijk worden verklaard.

2.Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren D.G. van Vliet en L.F. van Kalmthout, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 9 augustus 2013.