Uitspraak
wonende te [woonplaats],
wonende te [woonplaats],
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
4.Beslissing
20 december 2013.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 20 december 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de verzoeker tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De verzoeker had beroep in cassatie ingesteld tegen de beëindiging van de schuldsanering met verlening van de schone lei. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken, waaronder een vonnis van de rechtbank Limburg van 7 mei 2013 en een arrest van het hof van 22 augustus 2013. De verzoeker had zijn cassatieberoep ingediend met een verzoekschrift op 15 augustus 2013, gevolgd door een aanvullend verzoekschrift op 30 augustus 2013. De verweerder heeft geen verweerschrift ingediend. De Advocaat-Generaal J. Wuisman heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft geen nadere motivering, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep van de verzoeker.