3.2In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
(i) De in 1966 in de Sovjet-Unie opgerichte staatsonderneming ‘VO Sojuzplodoimport’ (hierna: VO) was verantwoordelijk voor de buitenlandse handel in onder meer wodka.
(ii) In de jaren zeventig heeft VO een viertal Benelux-merken voor waren in klasse 33 (wodka) (hierna ook: de VO-merkrechten) gedeponeerd, te weten:
(a) het beeldmerk ‘Moskovskaya (Osobaya Vodka)’, gedeponeerd op 18 april 1973, registratienummer 318390;
(b) het beeldmerk ‘Stolichnaya’, gedeponeerd op 18 april 1973, registratienummer 318391;
(c) het woordmerk ‘Na Zdorovye’, gedeponeerd op 8 juni 1976, registratienummer 340220;
(d) het woordmerk ‘Na Zdorovye’, gedeponeerd op 15 juli 1976, registratienummer 340232.
(iii) Op 5 januari 1990 is de rechtsvorm van VO gewijzigd. De staatsonderneming heette toen ‘VVO Sojuzplodoimport’ (hierna: VVO).
(iv) In 1991 is de private onderneming ‘VAO Sojuzplodoimport’ opgericht (hierna: VAO). VAO is op 20 januari 1992 in het handelsregister te Moskou ingeschreven als rechtsopvolger van VVO.
(v) In het Benelux-merkenregister is op 11 mei 1993 aangetekend dat de VO-merkrechten (a) en (b) zijn overgegaan van VVO naar VAO.
(vi) In 1996 is de rechtsvorm van de private onderneming gewijzigd in VZAO, in 1998 in VOAO en in 2000 in OAO.
(vii) VZAO verkocht bij overeenkomst van 26 december 1997 diverse merkrechten aan een op 15 oktober 1997 opgerichte private onderneming genaamd 'ZAO Sojuzplodimport' (hierna: ZAO). In de bijlage van 12 januari 1998 bij de desbetreffende overeenkomst staat onder meer dat alle licentie- en wodkaproductieovereenkomsten en alle buitenlandse merken door VZAO aan ZAO worden overgedragen.
(viii) In het Benelux-merkenregister is op 6 februari 1998 aangetekend dat de hiervoor in (ii) vermelde VO-merkrechten (a) en (b) zijn overgegaan van VZAO op ZAO. Op 12 maart 1998 heeft VZAO de VO-merkrechten (nogmaals) bij akte overgedragen aan ZAO.
(ix) De overdracht van de VO-merkrechten van VZAO aan ZAO is op 23 april 1998 ingeschreven in het Benelux-merkenregister.
(x) ZAO heeft vervolgens op 12 april 1999 diverse merkrechten verkocht aan de op 2 maart 1999 opgerichte vennootschap Spirits. Verkocht werden onder meer de
VO-merkrechten. Op 20 oktober 1999 heeft ZAO bij afzonderlijke overeenkomst (onder meer) de VO-merkrechten overgedragen aan Spirits.
(xi) De overdracht van (onder meer) de VO-merkrechten van ZAO aan Spirits is op 31 januari 2000 ingeschreven in het Benelux-merkenregister.
(xii) Vanaf 1991 is een reeks Benelux-merken voor (onder meer) wodka gedeponeerd waarin de tekens 'Stolichnaya' of 'Moskovskaya' zijn opgenomen en die thans op naam van Spirits zijn geregistreerd; deze merken zijn ofwel door Spirits gedeponeerd ofwel door anderen, onder wie Simex Aussenhandelgesellschaft Savelsberg KG (een distributeur van VVO, hierna: Simex), gedeponeerd en later op naam van Spirits gesteld.
(xiii) In maart 2000 heeft (interim-)president Poetin van de Russische Federatie de openbaar aanklager van de Russische Federatie verzocht om het herstel en de bescherming van intellectuele-eigendomsrechten op wodka te bewerkstelligen.
(xiv) De openbaar aanklager te Moskou spande vervolgens een procedure aan tegen de hiervoor in (vi) bedoelde OAO, waarin hij nietigverklaring vorderde van de clausule in de statuten waarin stond dat zij de rechtsopvolger is van VVO. Deze procedure mondde uit in een uitspraak van het 'Presidium of the Supreme Court of Arbitration of the Russian Federation' van 16 oktober 2001 waarin onder meer is overwogen (in de Engelse vertaling):
'As VAO "Sojuzplodoimport" was established as a result of foundation but not of transformation, right is the first instance court's decision on invalidity of the provision of that company's charter pursuant to which it is a legal successor of VVO "Sojuzplodoimport".'
Een door OAO bij het EHRM tegen deze uitspraak ingediende klacht is afgewezen.
(xv) Naast deze procedures betreffende de clausule in de statuten, zijn ook procedures gevoerd over de hiervoor in (vii) vermelde overeenkomst. Deze is door de 'Court of Arbitration' te Moskou in 2002 nietig verklaard. Tegen deze uitspraak ingestelde rechtsmiddelen hebben geen succes gehad.
(xvi) FKP is een bij decreet van 29 december 2001 door de Russische Federatie opgerichte staatsonderneming. FKP heeft onder meer ten doel het herstel en de verdediging van de rechten van de Russische Federatie op alcoholische produkten, waaronder Stolichnaya, Moskovskaya en Na Zdorovye.
(xvii) Op 15 januari 2003 heeft FKP een viertal Benelux-merken gedeponeerd waarin de tekens 'Stolichnaya' of 'Moskovskaya' zijn opgenomen.
(xviii) Omstreeks 20 maart 2003 heeft Spirits conservatoir beslag doen leggen op 10.500 van FKP afkomstige, voor een distributeur te België bestemde, flessen wodka met daarop het teken Moskovskaya.
3.3.1Samengevat en voor zover in cassatie van belang heeft FKP voor de rechtbank gevorderd Spirits te bevelen tot wijziging van de tenaamstelling van de hiervoor in 3.2 onder (ii) genoemde VO-merkrechten (a) en (b), Spirits te verbieden inbreuk te maken op deze merkrechten en op de auteursrechten op de etiketten/labels van Stolichnaya, Moskovskaya en andere wodkamerken, Spirits te veroordelen tot vergoeding van schade en vervallenverklaring van het hiervoor in 3.2 onder (xviii) bedoelde beslag. Spirits heeft in reconventie gevorderd FKP te verbieden inbreuk te maken op haar Benelux-merkrechten Stolichnaya en Moskovskaya, FKP te veroordelen tot vergoeding van schade en nietigverklaring van de hiervoor in 3.2 onder (xvii) bedoelde merkdepots alsmede twee internationale Stolichnaya en Moskovskaya-merkregistraties voor het territoir van de Benelux.
3.3.2De rechtbank heeft bij tussenvonnis geoordeeld dat Spirits niet rechthebbende is op de VO-merkrechten. Daartoe heeft zij overwogen dat VVO niet rechtsgeldig is geprivatiseerd of getransformeerd in een private onderneming, dat de VO-merkrechten na de oprichting van VAO zijn blijven toebehoren aan VVO en dat Spirits ten tijde van de overdracht van de merkrechten aan haar niet te goeder trouw was ten aanzien van de beschikkingsbevoegdheid van ZAO. De rechtbank heeft de zaak verwezen naar de rol voor nadere inlichtingen over de vorderingsgerechtigheid van FKP alsmede over enkele van Spirits' merkrechten als hiervoor in 3.2 onder (xii) bedoeld, en verlof verleend tot het instellen van tussentijds hoger beroep.
3.4.1In hoger beroep heeft FKP haar eis gewijzigd. Zeer kort weergegeven houdt de eis in hoger beroep in:
- dat Spirits wordt bevolen mee te werken met het op naam van FKP stellen van de VO-merkrechten;
- dat de nietigheid wordt uitgesproken en doorhaling gelast van alle merken van Spirits (inclusief een reeks specifiek genoemde merkregistraties) van latere depotdatum dan de VO-merkrechten en die, kort gezegd, inbreuk maken op de merken van FKP;
- dat Spirits wordt bevolen inbreuk te staken op de hiervoor in 3.2 onder (ii) genoemde merkrechten (a) en (b) van FKP;
- dat Spirits wordt bevolen ieder gebruik van onjuiste geografische (herkomst)aanduidingen te staken (met name de misleidende mededeling dat haar wodka uit Rusland afkomstig zou zijn);
- dat Spirits wordt veroordeeld tot vergoeding van schade, op te maken bij staat.
3.4.2Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd voor zover de zaak naar de rol is verwezen en heeft dat vonnis voor het overige bekrachtigd, met terugwijzing van de zaak naar de rechtbank voor verdere behandeling op basis van de vordering van FKP zoals in appel gewijzigd. Samengevat en voor zover in cassatie van belang heeft het hof geoordeeld dat geen sprake is geweest van (een voltooiing van de) transformatie/privatisering van de oorspronkelijke staatsonderneming, dat Spirits niet te goeder trouw was ten aanzien van de beschikkingsbevoegdheid van ZAO bij de merkoverdracht in 1997, dat de VO-merkrechten (daarom) niet zijn overgegaan op (uiteindelijk) Spirits, dat FKP op basis van een vordering tot afgifte op grond van
art. 3:296 BW de merken kan terugvorderen, dat geen sprake is van verjaring van het beroep van FKP op de afwezigheid van een rechtsgeldige transformatie/privatisering, dat FKP niet haar recht heeft verwerkt om een beroep te doen op het ontbreken van goede trouw van Spirits bij de merkoverdracht en dat de bewering op de etiketten van Spirits dat haar wodka afkomstig is uit Rusland misleidende reclame betreft over de geografische herkomst ervan.
Het hof heeft bij brief van 11 oktober 2012 bepaald dat van zijn arrest tussentijds cassatieberoep kan worden ingesteld.