Uitspraak
wonende te [woonplaats],
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van de ontvankelijkheid
4.Beslissing
6 december 2013.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 6 december 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure met zaaknummer 13/04682. De zaak betreft een verzoekster die in het kader van de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) een schone lei heeft aangevraagd. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken van de rechtbank Den Haag en het gerechtshof Den Haag, waaruit blijkt dat de verzoekster niet heeft voldaan aan haar sollicitatieplicht en informatieplicht. De Procureur-Generaal heeft in zijn standpunt aangegeven dat de verzoekster niet-ontvankelijk moet worden verklaard op basis van artikel 80a van de Rechtsvordering (RO). De Hoge Raad heeft de klachten van de verzoekster beoordeeld en geconcludeerd dat deze geen behandeling in cassatie rechtvaardigen. De Hoge Raad oordeelt dat de verzoekster onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep, en dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Daarom heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard.