Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Het ambtsedig proces-verbaal van Regiopolitie Brabant-Noord/District Land van Cuijk, team Cuijk, proces-verbaalnummer 2010000766-1, d.d. 6 januari 2010 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 1], brigadier van politie (dossierpagina’s 4-8 van het proces-verbaal met registratienummer 2010000766-1), voor zover inhoudende - zakelijk weergegeven - als aangifte van [betrokkene 1]:
Op 3 januari 2010 was ik samen met mijn vriendin [betrokkene 2] in mijn woning aan de [a-straat 1] in Cuijk. Ineens kwam [verdachte] binnen. [verdachte] zei tegen mij dat hij 40 euro kwam halen die bestemd zijn voor zijn broer. lk heb [verdachte] vriendelijk verzocht om mijn woning te verlaten. Ik zag dat [verdachte] in de richting van de buitendeur liep. Ik zag dat hij tijdens het passeren van een koelkast, een digitale fotocamera, merk Sony, pakte. Deze fotocamera is mijn eigendom. Ik hoorde dat [verdachte] zei: "dan pak ik die camera voorlopig mee" en ik zag dat hij naar buiten liep. Ik ben achter [verdachte] aangelopen en heb gezegd dat hij die camera moest terug leggen. Dit deed hij niet en [verdachte] was inmiddels al buiten. Ik pakte die camera bij [verdachte] en op dat moment kwam het tot een handgemeen. Door dit handgemeen is de digitale fotocamera op de grond gevallen en is het LCD scherm van die camera kapot gegaan.
2. Het ambtsedig proces-verbaal van Regiopolitie Brabant-Noord/District Land van Cuijk, team Cuijk, proces-verbaalnummer 2010000766-2, d.d. 7 januari 2010 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 2], hoofdagent van politie (dossierpagina's 9-12 van het proces-verbaal met registratienummer 2010000766-1), voor zover inhoudende - zakelijk weergegeven - als verklaring van verdachte:
Op 3 januari 2010 ben ik naar [betrokkene 1] gereden aan de [a-straat 1] te Cuijk. De reden was om 46 euro op te halen die mijn jongere broer nog van hem te goed had. Bij [betrokkene 1] aangekomen ben ik via de achterdeur het huis binnengegaan. Ik zag dat [betrokkene 1] boos werd en hij vertelde mij dat ik zijn huis uit moest. We zijn richting de achterdeur gelopen en daar pakte ik in aanwezigheid van [betrokkene 1], een camera. Ik hoorde dat [betrokkene 1] zei dat ik de camera moest terug geven. Ik zei dat hij het geld moest geven en dan kreeg hij de camera terug. Ik zag dat [betrokkene 1] mij aan vloog. Ik heb [betrokkene 1] met een arm van me weggeduwd. Op de grond heb ik [betrokkene 1] met mijn arm een klem gegeven om zijn hoofd/nek. Ik dacht dat [betrokkene 1] bedaarde en liet hem los [betrokkene 1] vloog mij meteen weer aan en ik heb toen met hem een korte worsteling gehad tot ik [betrokkene 1] weer om zijn hoofd vast had. Ik hield hem stevig vast en ik hoorde dat hij "au" riep. Ik heb [betrokkene 1] en de camera losgelaten en we zijn opgestaan.
3. De verklaring van verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 1 maart 2012 voor zover inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Ik heb de camera wel in mijn handen gehad. Toen ontstond een worsteling. Ik wilde EUR 46,00 van [betrokkene 1] hebben voor mijn 15-jarige broertje. Die had dat geld nog van hem te goed. Om mijn vordering kracht bij te zetten heb ik toen die camera gepakt. Het klopt dat die camera niet van mij was. Toen ik hem in mijn handen had kwam [betrokkene 1] op mij af en heb ik hem afgeweerd. Hij kwam daarna weer op mij af. Toen heb ik hem in een houdgreep genomen. Door de camera te pakken wilde ik [betrokkene 1] onder druk zetten alsnog te betalen."