ECLI:NL:HR:2013:109

Hoge Raad

Datum uitspraak
2 juli 2013
Publicatiedatum
17 juli 2013
Zaaknummer
11/03938
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam inzake strafzaak

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, gedateerd 29 augustus 2011, met nummer 23/003428-10. De verdachte, geboren in 1972, heeft beroep ingesteld tegen de uitspraak van het hof. De plaatsvervangend Advocaat-Generaal bij het Hof, H.H.J. Knol, heeft een middel van cassatie voorgesteld, dat aan het arrest is gehecht. De Advocaat-Generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, waarbij hij stelde dat het middel niet tot cassatie kan leiden. Dit is gebaseerd op artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat bepaalt dat geen nadere motivering nodig is wanneer het middel niet leidt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad heeft op 2 juli 2013 uitspraak gedaan en het beroep verworpen. De beslissing is genomen door de raadsheer H.A.G. Splinter-van Kan als voorzitter, samen met de raadsheren Y. Buruma en N. Jörg. De uitspraak vond plaats ter openbare terechtzitting, waarbij de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg aanwezig was. Dit arrest bevestigt de eerdere uitspraak van het Gerechtshof en onderstreept de toepassing van de relevante juridische normen in het strafrecht.

Uitspraak

2 juli 2013
Strafkamer
nr. 11/03938
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 29 augustus 2011, nummer 23/003428-10, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1972.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de Advocaat-Generaal bij het Hof. De plaatsvervangend Advocaat-Generaal bij het Hof H.H.J. Knol heeft bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer H.A.G. Splinter-van Kan als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en N. Jörg, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
2 juli 2013.