2.2. De Rechtbank heeft het klaagschrift van de klaagster, strekkende tot teruggave aan haar van een onder [betrokkene 3] inbeslaggenomen personenauto met kenteken [EE-00-FF], gegrond verklaard. Zij heeft daartoe, voor zover voor de beoordeling
van het middel van belang, het volgende overwogen:
"Het standpunt van de klaagster
Namens de klaagster is in raadkamer aangevoerd dat de klaagster voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de in beslaggenomen personenauto haar in eigendom toebehoort. Uit het RTL-register (registratie tenaamstelling leasemaatschappijen) blijkt wie de eigenaar/kentekenhouder is van een auto en welke verplichtingen zij hebben ten aanzien van de auto.Dit RTL-register wordt al jaren door zowel de belastingdienst als de RDW geraadpleegd om de eigenaar van de auto te achterhalen voor het opheffen van het beslag. Alleen door justitie wordt dit register niet geraadpleegd om de werkelijke eigenaar van een in beslaggenomen auto te achterhalen.
Uit de print van de RDW d.d. 7 oktober 2010 blijkt dat de klaagster de eigenaar is van de in beslaggenomen personenauto onder het kenteken [EE-00-FF]. Zowel de WAM als de houderschapsbelasting worden door de klaagster betaald. Het belang dat de klaagster heeft bij teruggave van de personenauto is dan ook groot. Het klaagschrift dient dan ook gegrond te worden verklaard.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft tijdens de behandeling van het klaagschrift in openbare raadkamer te kennen gegeven dat het Openbaar Ministerie zich verzet tegen teruggave van de personenauto aan de klaagster omdat zij geen recht heeft op het goed.
Beoordeling van de klacht
De rechtbank overweegt als volgt:
In beginsel dienen de in beslaggenomen goederen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 116, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering, teruggegeven te worden aan degene onder wie het in beslag is genomen, in dit geval de belanghebbende. Tenzij vast komt te staan dat een derde redelijkerwijs als rechthebbende dient te worden aangemerkt en deze een beter recht op het inbeslaggenomene heeft.
De rechtbank is van oordeel dat de klaagster, te weten [klaagster], als rechthebbende van de in beslaggenomen auto moet worden aangemerkt.
Tijdens de behandeling in raadkamer is gebleken dat de klaagster op 19 september 2007 de bedoelde auto van [A] B.V. te [plaats] heeft gekocht door middel van verrekening van een nog openstaande rekening, waardoor de eigendom van de auto door middel van een daartoe bestemde akte aan de klaagster is overgedragen. Uit het leasecontract d.d. 22 september 2007 blijkt dat de klaagster de auto vanaf 24 september 2007 aan [A] B.V. heeft geleased, welke vervolgens de auto aan een ander heeft verhuurd. De eigendom van de klaagster is hiermee niet komen te vervallen. Daarbij komt dat de klaagster blijkens de print van de RDW d.d. 7 oktober 2010 in het RTL-register als eigenaar van de in beslaggenomen personenauto geregistreerd staat.
De rechtbank acht teruggave van de in beslaggenomen personenauto aan de klaagster op het eerste gezicht redelijk en maatschappelijk niet onverantwoord.
De rechtbank zal daarom het klaagschrift gegrond verklaren en de teruggave van de personenauto aan de klaagster gelasten."