ECLI:NL:HR:2012:BY1958
Hoge Raad
- Cassatie
- H.J. de Vries
- M.J. van der Meer
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep in cassatie inzake voorlopige teruggaaf inkomstenbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 2 november 2012 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X, gevestigd te Z, tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden. Het Gerechtshof had op 15 oktober 2010 uitspraak gedaan in de zaak met nummer 120/09, waarin het verzoek van belanghebbende om voorlopige teruggaaf van inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2004 werd behandeld. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard, wat betekent dat de Hoge Raad niet ingaat op de inhoudelijke bezwaren van de appellant. Dit kan verschillende redenen hebben, zoals het niet voldoen aan de vereisten voor het indienen van een cassatieberoep of het niet tijdig indienen van de stukken. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het duidelijk maakt onder welke omstandigheden een beroep in cassatie niet-ontvankelijk kan worden verklaard. De beslissing heeft implicaties voor andere belastingzaken waarin vergelijkbare procedures worden gevolgd.