ECLI:NL:HR:2012:BY1884
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- M.A. Loth
- C.E. Drion
- G. Snijders
- M.V. Polak
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep van de Gemeente Leiden tegen verstekarrest van het gerechtshof 's-Gravenhage
In deze zaak heeft de Gemeente Leiden cassatie ingesteld tegen een verstekarrest van het gerechtshof 's-Gravenhage. Het hof had op 10 mei 2011 in hoger beroep uitspraak gedaan in een civiele procedure, waarbij de Gemeente niet was verschenen. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 14 december 2012 geoordeeld dat de Gemeente niet-ontvankelijk is in haar cassatieberoep. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 401b lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat bepaalt dat in geval van verstek geen cassatieberoep openstaat, maar verzet. De Hoge Raad heeft de Gemeente bovendien veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerster zijn begroot op € 339,38 aan verschotten en € 2.200,-- aan salaris. De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekte tot vernietiging en verwijzing, maar de Hoge Raad heeft dit advies niet gevolgd. De zaak is behandeld in het openbaar, waarbij de vice-president F.B. Bakels als voorzitter fungeerde, samen met de raadsheren M.A. Loth, C.E. Drion, G. Snijders en M.V. Polak. De uitspraak is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven.