ECLI:NL:HR:2012:BY1465

Hoge Raad

Datum uitspraak
23 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11/03930
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over nakoming van overeenkomst en wilsovereenstemming

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 november 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure met zaaknummer 11/03930. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. L.C. Blok, heeft cassatie ingesteld tegen de verwerende partijen, die werden bijgestaan door advocaten mr. J.A.M.A. Sluysmans en mr. R.L. de Graaff. De verwerende partijen hebben het verstek gezuiverd en geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak verwezen naar de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier, die heeft gepleit voor niet-ontvankelijkverklaring van de eiseres wegens onbegrijpelijkheid van de klachten. De Hoge Raad heeft het beroep van de eiseres verworpen en haar veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 781,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling aangegeven dat de klachten die in de middelen zijn aangevoerd niet tot cassatie kunnen leiden, en dat dit geen nadere motivering behoeft, gezien artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). De uitspraak is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven.

Uitspraak

23 november 2012
Eerste Kamer
11/03930
EE/EP
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiseres],
gevestigd te [vestigingsplaats],
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. L.C. Blok,
t e g e n
1. [Verweerster 1],
gevestigd te [vestigingsplaats],
2. [Verweerder 2],
3. [Verweerder 3],
4. [Verweerster 4],
allen wonende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
advocaten: mr. J.A.M.A Sluysmans en mr. R.L. de Graaff.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiseres] en [verweerder] c.s.
1. Het geding
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar zijn tussenarrest van 10 februari 2012, LJN BU7359.
2. Het verdere verloop van het geding in cassatie
[Verweerder] c.s. hebben het verstek gezuiverd en geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van [eiseres] wegens onbegrijpelijkheid van de klachten.
3. Beoordeling van het middel
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] c.s. begroot op € 781,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, A.H.T. Heisterkamp en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 23 november 2012.