ECLI:NL:HR:2012:BX9534
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- N. Jörg
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam inzake verstoring openbare orde en gebruik van verdovende middelen
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 30 september 2010 uitspraak deed in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1984. De verdachte is beschuldigd van het verstoren van de openbare orde en het gebruik van verdovende middelen op 18 mei 2008 in Utrecht. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld op 13 november 2012, waarbij de advocaat van de verdachte, mr. A.J.M. Bommer, een middel van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en verwijzing naar het Gerechtshof te Arnhem voor herbehandeling.
De bewezenverklaring steunt op een proces-verbaal van de politie, waarin is vastgelegd dat de verdachte zich hinderlijk gedroeg op de openbare weg en zich voorbereidde op het gebruik van verdovende middelen. De Hoge Raad oordeelt dat de bewezenverklaring, met name de formulering "ten aanschouwe van het daar aanwezige publiek", niet voldoende is gemotiveerd in de uitspraak van het Hof. Dit leidt tot de conclusie dat de bestreden uitspraak niet voldoet aan de eisen van de wet.
De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Gerechtshof en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem, zodat deze opnieuw kan worden berecht en afgedaan. De uitspraak van de Hoge Raad is gedaan door vice-president A.J.A. van Dorst, samen met raadsheren B.C. de Savornin Lohman en N. Jörg, en is openbaar gemaakt op 13 november 2012.