ECLI:NL:HR:2012:BX9026
Hoge Raad
- Cassatie
- C.A. Streefkerk
- M.A. Loth
- G. Snijders
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Cassatie over (onder)huur van zelfstandige woning en rechtsvragen omtrent huurrecht
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 november 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil over de (onder)huur van een zelfstandige woning. De eiser, wonende te [woonplaats], had beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te Amsterdam, dat op 12 juli 2011 was gewezen. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen en arresten die relevant zijn voor de beoordeling van de zaak, waaronder een vonnis van de kantonrechter te Amsterdam van 21 oktober 2010. De eiser werd in deze procedure bijgestaan door zijn advocaat, mr. E.F.A. Linssen-Van Rossum, terwijl de verweerder, Amstelimmo B.V., werd vertegenwoordigd door mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt en mr. N. Eeken.
De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink gevolgd, die had geadviseerd het beroep van de eiser te verwerpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten die in het cassatiemiddel naar voren waren gebracht, niet konden leiden tot cassatie. Dit oordeel werd onderbouwd met de overweging dat de klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
In de beslissing heeft de Hoge Raad de eiser veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Amstelimmo zijn begroot op € 781,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken, waarbij de raadsheren C.A. Streefkerk, M.A. Loth, G. Snijders en J.C. van Oven betrokken waren.