ECLI:NL:HR:2012:BX8749
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- Y. Buruma
- Rechtspraak.nl
Overname van tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing in het kader van het Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Rechtbank 's-Hertogenbosch van 23 december 2011, waarin de tenuitvoerlegging van een beslissing van de Rechtbank in Lublin (Polen) werd toegestaan. De veroordeelde, geboren in 1959, was veroordeeld tot een vrijheidsstraf van vijf jaren wegens de invoer en (poging tot) uitvoer van cocaïne. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld op 13 november 2012, onder zaaknummer 12/00158 W.
De advocaat van de veroordeelde, mr. A.A. Nunnikhoven, heeft een middel van cassatie voorgesteld. De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing naar de Rechtbank 's-Hertogenbosch voor herbehandeling. De Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd en de bestreden uitspraak vernietigd.
De Rechtbank had eerder de tenuitvoerlegging van de Poolse beslissing toelaatbaar verklaard en de veroordeelde een gevangenisstraf opgelegd van vijf jaren, met aftrek van de tijd die hij al in detentie had doorgebracht. De Hoge Raad oordeelde dat de omgezette straf niet voldeed aan de eisen van het Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen, specifiek artikel 11, eerste lid onder d. Hierdoor kon de bestreden uitspraak niet in stand blijven.
De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van de naleving van internationale verdragen bij de overname van strafzaken en de voorwaarden waaronder een dergelijke overname kan plaatsvinden. De zaak is terugverwezen naar de Rechtbank 's-Hertogenbosch voor een nieuwe beoordeling.