ECLI:NL:HR:2012:BX6765
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- Y. Buruma
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van het arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch inzake niet-ontvankelijkheid in hoger beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 oktober 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De verdachte, geboren in 1981 en ten tijde van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Arnhem, locatie Arnhem-Zuid', had hoger beroep ingesteld tegen een eerder vonnis van de Politierechter in de Rechtbank Maastricht. Het hof had de verdachte ten onrechte ontvangen in het hoger beroep, omdat dit niet binnen de wettelijke termijn van veertien dagen na de einduitspraak was ingesteld, zoals vereist door artikel 408, eerste lid aanhef en onder a, van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De dagvaarding was op 25 maart 2010 aan de verdachte in persoon betekend, en de uitspraak van de Politierechter vond op dezelfde dag plaats. Het hoger beroep werd pas op 6 augustus 2010 ingesteld, wat te laat was volgens de wet.
De Advocaat-Generaal Vellinga had geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het hoger beroep. De Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd en het arrest van het Gerechtshof vernietigd. De Hoge Raad verklaarde de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, waarmee de eerdere uitspraak van het hof werd herroepen. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren J. de Hullu en Y. Buruma, en is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz.