ECLI:NL:HR:2012:BX6713
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- M.A. Loth
- G. Snijders
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van cassatieverzoek wegens gebrek aan ondertekening door advocaat bij de Hoge Raad
In deze zaak heeft verzoekster op 6 juni 2012 beroep in cassatie ingesteld tegen een beschikking van het gerechtshof te Leeuwarden. Het cassatierekest was echter niet ondertekend door een advocaat die bevoegd was om bij de Hoge Raad op te treden, zoals vereist volgens artikel 426a lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken waarin is vastgesteld dat een gebrek in de ondertekening binnen twee weken kan worden hersteld door een correct exemplaar in te dienen. Verzoekster heeft op 20 juni 2012 een nieuw exemplaar ingediend, maar dit was ook niet correct ondertekend. Hierdoor kon de Hoge Raad niet anders dan verzoekster niet-ontvankelijk verklaren in haar cassatieberoep. De Hoge Raad heeft de beschikking op 7 september 2012 gegeven, waarbij de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, M.A. Loth, G. Snijders en J.C. van Oven betrokken waren. De beslissing werd openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven.