2.2. De stukken van het geding houden, voor zover voor de beoordeling van het middel van belang, het volgende in.
(i) Aan de verdachte is in de zaak met parketnummer 13/410202-09 tenlastegelegd dat:
"1. hij op of omstreeks 27 februari 2009 te Amsterdam [slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met zijn, verdachtes, (bestel)auto slingerend gereden voor de vrachtauto van [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 1] gesneden en/of klemgereden en/of (vervolgens) (nadat hij, verdachte, [slachtoffer 1] tot stoppen had gedwongen) voornoemde [slachtoffer 1] dreigend de woorden toegevoegd: "ik sla je dood" en/of "ik ga je afmaken, ik ga jullie allemaal afmaken", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking; (artikel 285 Wetboek van Strafrecht)
2. hij op of omstreeks 27 februari 2009 te Amsterdam [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met zijn, verdachtes, (bestel)auto slingerend gereden voor de auto van [slachtoffer 2] en/of (vervolgens) (nadat [slachtoffer 2] tot stoppen was gedwongen) tegen voornoemde [slachtoffer 2] gezegd dat hij hem kapot zou maken, en/of "ik ga jullie allemaal afmaken", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking; (artikel 285 Wetboek van Strafrecht)."
(ii) De Politierechter in de Rechtbank Amsterdam heeft in voornoemde zaak bij onherroepelijk geworden vonnis van 6 mei 2009 de verdachte van deze tenlastegelegde feiten vrijgesproken.
(iii) Vervolgens is aan de verdachte in de onderhavige zaak met parketnummer 13/706540-09 tenlastegelegd dat:
"hij op of omstreeks 27 februari 2009 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, als bestuurder van een voertuig (personenauto), daarmee rijdende op de weg, de Rijksweg A10 (Ring West), (komende uit de richting van Zaandam) gaande in de richting van 's-Gravenhage, alwaar verdachte ter hoogte van de afslag S104 een vrachtauto (bestuurder: [slachtoffer 1]), aldaar gesitueerd achter de verdachte, heeft gesneden, waarna hij, verdachte, heeft geslingerd (over de twee rijbanen) en/of zonder aanleiding is gestopt (op het midden van de twee rijbanen) en/of is uitgestapt (op het midden van de twee rijbanen) en/of het doorgaande verkeer (komende uit de richting van Zaandam) gaande in de richting van 's-Gravenhage, gesitueerd achter de verdachte, heeft belemmerd, door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd, immers heeft hij, verdachte, gevaar voor personen en goederen veroorzaakt, aangezien door zijn gevaarzettend rijgedrag het doorgaande verkeer (komende uit de richting van Zaandam) gaande in de richting van 's-Gravenhage, gesitueerd achter de verdachte, plotseling werd gedwongen te stoppen, als gevolg waarvan een (omvangrijke) file is ontstaan."