ECLI:NL:HR:2012:BX0923
Hoge Raad
- Wraking
- G.J.M. Corstens
- J.C. van Oven
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Wraking niet mogelijk na uitspraak in de hoofdzaak
In deze zaak heeft verzoeker, aangeduid als X te Z, een wrakingsverzoek ingediend tegen de raadsheren van de Hoge Raad, nadat in twee afzonderlijke cassatiezaken uitspraak was gedaan. De eerste zaak, geregistreerd onder nummer 12/00465, had een zitting op 20 april 2012, terwijl de tweede zaak, onder nummer 12/01205, op 6 april 2012 werd behandeld. In beide gevallen werd de uitspraak gedaan door de leden C. Schaap, M.W.C. Feteris en in de tweede zaak ook door R.J. Koopman. Het wrakingsverzoek werd op 14 juni 2012 ingediend, nadat de uitspraken al waren gedaan. De wrakingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam verklaarde zich onbevoegd en verwees het verzoek naar de Hoge Raad. De Hoge Raad oordeelde dat het verzoek om wraking niet ontvankelijk was, omdat de wet geen mogelijkheid biedt voor wraking na een uitspraak in de hoofdzaak. De beslissing werd op 13 juli 2012 openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven, met de president G.J.M. Corstens en raadsheer J. de Hullu.