2.3. Deze bewezenverklaring steunt - voor zover in cassatie van belang - op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Het proces-verbaal aanleiding onderzoek art 8 WVW 1994 van politie Haaglanden, proces-verbaalnummer PL1531/2005/16608-2, d.d. 11 april 2005, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, (pagina 3-4 van het dossier).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als relaas van deze opsporingsambtenaren:
Op 11 april 2005 om 01.00 uur zagen wij, verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2], dat een persoon als bestuurder van een voertuig (personenauto) op de voor het openbare verkeer openstaande weg Jonckbloetplein te 's-Gravenhage reed. Wij hebben het voertuig doen stilhouden.
(...)
Verdachte: [verdachte]
Geboortedatum: [geboortedatum] 1969
Geboorteplaats: [geboorteplaats]
De bestuurder werd door ons op 11 april 2005 om 01.10 uur aangehouden als verdacht van overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994.
5. Het proces-verbaal van politie Haaglanden, proces-verbaalnummer PL1531/2005/16608-2, d.d. 11 april 2005, opgemaakt in de wettelijke vorm door een daartoe bevoegde opsporingsambtenaar, (pagina 11-12 van het dossier).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als relaas van deze opsporingsambtenaar:
Op 23 april 2005 (het hof begrijpt - gelet op het hiervoor onder 1 genoemde proces-verbaal - 11 april 2005) omstreeks 01.00 uur zag ik, verbalisant [verbalisant 2], dat een persoon, die later bleek te zijn [verdachte], als bestuurder van een voertuig (personenauto) op het Jonckbloetplein te 's-Gravenhage reed. Ik heb het voertuig doen stilhouden.
Voor het besturen van dit motorrijtuig is een rijbewijs nodig van categorie B.
De bestuurder heeft mij niet op eerste vordering een rijbewijs ter inzage afgegeven, om de reden dat hij geen rijbewijs bij zich had. Het rijbewijs is ongeldig verklaard.
6. Een geschrift, zijnde een computeruitdraai van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, d.d. 20 april 2005, ondertekend door verbalisant [verbalisant 2] d.d. 27 april 2005, hoofdagent van politie Haaglanden, (pagina 15 van het dossier). Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
[verdachte], geboren op [geboortedatum] 1969 te [geboorteplaats], rijbewijsnummer: [0001].
Datum ongeldigverklaring: 6 september 2000.
Feitelijke inl.datum ongeld: 27 oktober 2000.
7. Een geschrift, zijnde een Besluit van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat tot ongeldigverklaring van het rijbewijs van de verdachte, d.d. 6 september 2000, opgemaakt en ondertekend door [betrokkene 1], hoofd van de divisie Vorderingen van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, namens de minister van Verkeer en Waterstaat. Het houdt onder meer in
- zakelijk weergegeven -:
Besluit
Het rijbewijs van [verdachte] wordt ongeldig verklaard voor alle categorieën. De ongeldigverklaring is van kracht met ingang van de zevende dag na die van de dagtekening van dit besluit.
8. Een geschrift, zijnde een brief van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, d.d. 16 juli 2007, opgemaakt en ondertekend door [betrokkene 2], hoofd divisie Vorderingen.
Het houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
Betreffende: [verdachte], geboren op [geboortedatum] 1969.
Het besluit van 6 september 2000 is aangetekend en onaangetekend verzonden. Zowel de aangetekende als de onaangetekende brieven zijn niet retour gekomen.
Op 27 oktober 2000 heeft het CBR het rijbewijs 89317001 van betrokkene ontvangen die reeds ongeldig is. Betrokkene heeft geen nieuw rijbewijs aangevraagd."