ECLI:NL:HR:2012:BW5514
Hoge Raad
- Cassatie
- E.J. Numann
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- F.B. Bakels
- C.E. Drion
- G. Snijders
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Compensatie bij langdurige vertraging van luchtreizen en de geldigheid van het Sturgeon-arrest
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht door TUI Airlines Nederland B.V., handelend onder de naam ArkeFly, staat de vraag centraal of reizigers recht hebben op compensatie bij langdurige vertraging van hun vlucht op basis van de Europese Verordening (EG) Nr. 261/2004. De zaak is ontstaan na een vonnis van de kantonrechter te 's-Gravenhage van 29 augustus 2011, waartegen ArkeFly cassatie heeft ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en op 15 juni 2012 uitspraak gedaan. De kern van de zaak betreft de vraag of het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU) van 19 november 2009, het zogenaamde Sturgeon-arrest, nog steeds het geldende recht weergeeft. De Advocaat-Generaal P. Vlas heeft geconcludeerd tot vernietiging en verwijzing, maar de Hoge Raad heeft besloten de uitspraak aan te houden in afwachting van een nieuwe uitspraak van het HvJEU in vergelijkbare zaken. Dit besluit is genomen omdat er bijzondere omstandigheden zijn die een spoedige uitspraak van de Hoge Raad bemoeilijken. De Hoge Raad heeft de stukken opnieuw in handen gesteld van de Procureur-Generaal voor een aanvullende conclusie nadat het HvJEU uitspraak heeft gedaan. De zaak is dus nog niet definitief afgerond, en de Hoge Raad zal zijn uitspraak doen zodra er meer duidelijkheid is vanuit het HvJEU.