ECLI:NL:HR:2012:BW0373
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- A.H.T. Heisterkamp
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wijziging van partneralimentatie in cassatie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 30 maart 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende een verzoek tot wijziging van partneralimentatie. De verzoekster, een vrouw, had beroep in cassatie ingesteld tegen de eindbeschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De eindbeschikking volgde op eerdere beschikkingen van de rechtbank 's-Gravenhage en het gerechtshof, waarin de alimentatiekwestie was behandeld. De vrouw was van mening dat de alimentatie moest worden aangepast, maar de man, die niet verschenen was in de cassatieprocedure, had geen verweerschrift ingediend.
De Hoge Raad verwijst in zijn uitspraak naar de relevante eerdere beschikkingen en concludeert dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De conclusie van de Advocaat-Generaal, F.F. Langemeijer, strekt tot verwerping van het beroep, wat de Hoge Raad uiteindelijk ook doet.
De beschikking is openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven, en de uitspraak is gedaan door de raadsheren F.B. Bakels als voorzitter, W.D.H. Asser en A.H.T. Heisterkamp. Deze uitspraak heeft implicaties voor de rechtspraktijk met betrekking tot partneralimentatie en de voorwaarden waaronder een wijziging kan worden verzocht.