ECLI:NL:HR:2012:BV9980
Hoge Raad
- Cassatie
- W.A.M. van Schendel
- H.A.G. Splinter-van Kan
- J. Wortel
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage inzake bewijsvoering van anonieme meldingen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 april 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte was in hoger beroep veroordeeld voor openlijk geweld gepleegd op 11 september 2007 in een Pizza Company te 's-Gravenhage. De verdediging voerde aan dat de anonieme melding, gedaan via de Meld Misdaad Anoniem, niet als bewijs mocht worden gebruikt. De raadsman stelde dat de melding niet voldoende onderbouwd was en dat de verdachte niet betrokken was bij de feiten. De Advocaat-Generaal Aben concludeerde tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof.
De Hoge Raad oordeelde dat het Hof in zijn arrest niet voldoende gemotiveerd had waarom de anonieme melding in de bewijsvoering was betrokken, in strijd met artikel 359, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. Dit verzuim leidde tot nietigheid van de uitspraak, zoals bepaald in artikel 359, achtste lid, van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het Gerechtshof en wees de zaak terug, zodat deze opnieuw kan worden berecht.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige bewijsvoering en de noodzaak voor de rechter om expliciet te motiveren waarom bepaalde bewijsmiddelen worden gebruikt, vooral als deze afkomstig zijn van anonieme meldingen. De beslissing van de Hoge Raad onderstreept de waarborgen die zijn ingebouwd in het strafprocesrecht om de rechten van de verdachte te beschermen.