ECLI:NL:HR:2012:BV9868
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- A.H.T. Heisterkamp
- C.E. Drion
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Ontbinding huurovereenkomst woonruimte wegens door huurder veroorzaakte overlast
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 29 juni 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de ontbinding van een huurovereenkomst voor woonruimte. De eiser, zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, had cassatie ingesteld tegen de eerdere uitspraken van de kantonrechter te Breda en het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De kantonrechter had in drie vonnissen, gedateerd 16 juli 2008, 8 oktober 2008 en 4 maart 2009, geoordeeld over de overlast die door de huurder was veroorzaakt. Het gerechtshof had in zijn eindarrest van 31 augustus 2010 de eerdere beslissingen van de kantonrechter bevestigd. De Hoge Raad verwijst naar deze eerdere uitspraken en stelt vast dat de klachten van de eiser niet tot cassatie kunnen leiden. De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman strekt tot verwerping van het cassatieberoep, waarop de advocaat van de eiser heeft gereageerd. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiser in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van de Stichting op nihil zijn begroot. De uitspraak benadrukt het belang van rechtszekerheid en de rol van de Hoge Raad in het waarborgen van de rechtsontwikkeling.